Ontdekkingstocht van een flyeraar

Natuurlijk bezorg ik een deel van onze flyers waarin Blijdorpnieuws aangekondigd wordt. Tot drie weken geleden wist ik niet dat er meer dan 6000 adressen in Blijdorp zijn. De redactieleden allemaal omgedoopt tot postbode slaan aan het markstiften, ieder in een eigen kleur natuurlijk. De straten zijn verdeeld, het avontuur kan beginnen.

Vol goede moed ga ik op pad, een tas vol flyers om mijn schouder en in mijn jaszak de lijst met ‘mijn’ straten. Wat een ontdekkingstocht. Nooit geweten dat er zoveel stenen trappen in Blijdorp zijn. Best hoog ook en soms met hele smalle treden, waar je met grote voeten of een drankje op echt in de problemen kan komen. Maar ze zijn ook heel erg mooi. Ik kwam er een tegen die in de rondte liep, prachtig. En steeds is het een grote verrassing hoeveel deuren je zal aantreffen: twee, drie, vier, vijf en soms zelfs zes; verstopte dorpjes. 

Respect voor postbezorgers

Ik moest wel denken aan die postbodes die elke keer die trappen op moeten om de dagelijkse post te bezorgen. Gelukkig zijn er ook trappenhuizen waar beneden wandbrievenbussen hangen, zodat me een trap rit op en neer bespaard blijft. Nooit gezien, maar nu ben ik er heel erg blij mee. Een keer zie ik ze pas, als ik de trap alweer afloop. Beetje dom wel. 

Over brievenbussen gesproken. Nooit geweten dat er zoveel maten en soorten zijn. Sommige zijn zo smal dat zelfs onze flyer dubbelgevouwen moest worden om erdoorheen te kunnen. Hoe moet dat dan met kranten of wat stevige grotere brieven? Er zijn brievenbussen die je hand bijna niet teruggeven. Daar zitten van die borstels achter die de tocht niet doorlaten, maar de post ook niet kan ik u verzekeren. Oefening baart wel kunst. 

Een flat kan me nu trouwens heel gelukkig maken. Daar kan ik zonder veel te bewegen heel veel flyers in al die netjes geordende brievenbussen stoppen. Wel moet ik uitkijken niet ineens in een gesprek terecht te komen, want dan moet ik later weer in al die gleuven gaan gluren omdat ik ben vergeten waar ik gebleven was. 

Verhalen uit de buurt

Sommige brievenbussen zijn propvol. Daar zit een wereld achter. Vakantie? Iemand die rigoureus besloten heeft nooit meer in zijn brievenbus te kijken? Misschien kunnen we daar een verhalenwedstrijd van maken.

En prachtige namen kwam ik tegen op naambordjes: Tim en Titia, die moeten toch heel gelukkig zijn samen, zeker omdat hun achternaam ook nog met een T begint. Mag ik jullie een keer interviewen voor deze krant, als jullie jezelf herkennen? Kijken of mijn gevoel klopte?

Ergens zag ik ook een blauwe stoeptegel met de tekst: Rookvrije generatie. Dat lijkt me op zich al een later artikeltje waard.

En ik heb een hele bijzondere brievenbus gezien. Ik ga hem niet verklappen, maar zet hem wel alvast op de foto. Als jullie denken te weten welke ik bedoel, stuur dan een foto. Misschien krijgen we dan een hele leuke verzameling. 

Contact maken met elkaar

De gesprekken met toevallige voorbijgangers op mijn flyertocht waren goud waard, want daar gaat het toch om. Verbinding. Verdriet en blijdschap delen. Dus baby Maurits: welkom in ons Blijdorp. Ik zag een prachtig bord buiten je huis staan, dat je geboren was. En oude buurman van mij, veel sterkte met het verlies van je vrouw, voor wie je zo lang zo liefdevol gezorgd hebt.

Op de terugweg kom ik een postbezorgster tegen. Ik spreek haar aan en vertel hoeveel bewondering ik voor haar en haar collega’s heb. Dat ik nu pas besef dat haar werk behoorlijk zwaar is. Ze is 63 jaar. Ik vertel haar mijn bovenstaande bevindingen en ze knikt steeds glimlachend instemmend. “Wil je vragen of de mensen hun supersmalle brievenbussen vervangen door bredere? Die zijn het ergste.” Ik beloof het haar. 

Thea van der Meer