Sigarenboer Leen Leentfaar; de laatste der Mohikanen 

Leen voor zijn winkel

Het is op de kop af 45 jaar geleden dat Leen Leentfaar zijn sigarenmagazijn startte, als ik hem 20 november 1976 interview. “Die 45 jaar zijn in een zucht voorbij gegaan,” merkt Leen op. “Maar er is veel veranderd. Je kan je het bijna niet meer voorstellen, maar 45 jaar geleden was het heel normaal om op een verjaardag sigaretten en sigaren neer te zetten. Op het werk, in de trein, in films; overal was roken geaccepteerd. Nu rookt 23% van de bevolking, toen was dat wel 70 tot 80%, het gebeurde gewoon.” 

“Die strenge wetgeving is er voor iedereen. Mijn motto is: ‘iets waar je geen invloed op hebt kan je maar beter loslaten en je niet druk om maken. Ik heb me er dan ook aan aangepast. Er mag van buitenaf niet zichtbaar zijn dat ik rookartikelen verkoop. De naam van de winkel ‘Tabac&Gifts’, is het enige wat op de gevel mag.”

Leen Leentfaar viert dit najaar zijn 45-jarig jubileum als sigarenboer, oftewel, handelaar in artikelen die het leven aangenamer maken: wenskaarten, snoep, tijdschriften, tabaksartikelen, loten en vuurwerk. Gekscherend noemt hij zichzelf ook wel eens ‘genotshandelaar’, maar de meeste klanten hebben het nog steeds over ‘de sigarenboer’. “Dat begrip blijft ook nog wel even in stand,” denkt Leen, “want ouders zeggen ook nu nog steeds tegen hun kinderen: ‘ga maar een snoepje kopen bij de sigarenboer op de hoek’.”

“Mijn vader had zelf graag een winkel gehad en hij stimuleerde mij sterk om een sigarenwinkel te beginnen”, zo memoreert Leen. “Na de MAVO heb ik als 17, 18-jarige mijn middenstands- en tabaksdiploma gehaald. Ik was toen nog te jong om zelfstandig een winkel te mogen openen, daar had ik een speciale vergunning voor nodig, een z.g. ‘handlichting van de kantonrechter’. Mijn ouders moesten tot mijn 21ste jaar garant staan. Zo heb ik dus als het ware de droom van mijn vader waargemaakt.” 

“Ik ben begonnen op de Claes de Vrieslaan”, vertelt Leen verder, “maar dat pand werd gesloopt voor stadsvernieuwing. Precies op dezelfde datum, maar dan in 1987 heb ik de winkel op de hoek van de Schepenstraat, Stadhoudersweg en Schieweg geopend. Zoekend naar een geschikte ruimte zag ik de winkel van bakker van Van Der Meer en Schoep te huur staan. Dat is waar nu de voorste helft van mijn huidige winkel zit, later heb ik het pand van de slager erbij getrokken. 

Het kruispunt Schepenstraat, Schieweg, Stadhoudersweg was een leuk ondernemershoekje met een groenteboer, bakker, slager, bloemenwinkel, kaaswinkel, drogist, fietsenwinkel, postkantoor en een chinees. De Schieweg was een levendige winkelstraat toen ik er mijn sigarenmagazijn openende. Maar gezellig winkelen op de Schieweg is nu verleden tijd. Dat is een verarming van de wijk. De meeste winkeliers zijn gestopt, omdat iedereen naar de supermarkt gaat. Het meeste nadeel heb ik ondervonden van het weghalen van de tramhalte hier voor de deur, die gaf veel aanloop in de winkel.

In de afgelopen 45 jaren heb ik heel wat uren gemaakt in mijn winkel, ik ben er 6 dagen in de week. De laatste tijd doe ik het wat rustiger aan. Voor mijn vaste klanten is het devies: kom niet te vroeg, tussen half elf en half zes ben ik open. Ik heb het naar mijn zin en heb plezier in wat ik doe, vooral door het contact met mijn vaste klanten. Het is voorlopig nog geen tijd om op houden. Ook al ben ik één van de laatste der Mohikanen op dit hoekje; ik hou vol uit liefde voor mijn klanten.”