Van origine kom ik uit een klein dorpje in de buurt van Hilversum. Toen ik ging studeren koos ik als vanzelfsprekend voor Amsterdam, veilig en dichtbij. Voor een dorpsmeisje als ik ging er een wereld open; de mooie grachten, romantische franse balkonnetjes vol bloemen, omaatjes in negligé en vol in de krulspelden, koffiebarretjes op elke straathoek en de ontelbare paradijsvogels die ik bewonderde om hun bijzondere en kleurvolle kleding. Naast mijn plekje achter de naaimachine op de modeacademie was er altijd de maandagochtend; dan stond ik al voor dag en dauw op de Noordermarkt om de mooiste vintage parels te scoren, de dinsdagmiddag want dan zaten we met een grote groep in het Oosterpark de mijmeren in de zon en op de donderdagavond zagen we een van de vele cafeetjes die de stad rijk was. Het weekend was voor shoppen, dat kan daar zo fijn in alle boetiekjes met personeel dat je vol vrolijkheid en in het plat Amsterdams begroet.
Toen ik 5 jaar later mijn grote liefde tegenkwam en die in Blijdorp bleek te wonen moest ik even slikken. Want, ja je weet toch…
De eerste maanden voelden als vakantie. Op mijn vrije dagen liep ik naar de Plus op het Stadhoudersplein en scoorde een croissantje om die vervolgens op te eten in het park aan de Noorderhavenkade. Al fietsend leerde ik de stad kennen en voelde de bruisende energie die me omarmde. We hadden bovenburen van ruim in de 80 die, goed zongebruind en incl. krulspelden altijd voor ons klaar stonden. We zagen de zon zakken terwijl we het leven overdachten op ons dakterras, waarna we naar een van de bruine cafeetjes gingen om te poolen.
Ik werd zwanger en omdat onze etage wat klein was voor 3, trokken we naar de andere kant van de stad, een ‘grote mensen huis’ in Kralingen. Het was nog maar pas dat we daar woonden dat ik me realiseerde dat ik het dorpse en gezellige Blijdorp miste. Maar we zette door en maakten er het beste van daar in het verre oosten van onze stad, toch ging het huis na 3 jaar in de verkoop. We twijfelden; blijven we in de stad of trekken we naar een van de rustige wijken buiten de ring? Toen de makelaar ons vroeg waar we naartoe zouden gaan na de verkoop en we het nog steeds niet wisten zei hij ‘Ik vind jullie echte Blijdorpers’. Dat is blijven hangen, het vertrouwde gevoel dat ik van voorheen kende bestond nog in mijn hart. Inmiddels zijn we alweer ruim 3 jaar terug op het vertrouwde nest in ‘ons’ Blijdorp.
Nooit verwacht maar toch ga ik het zeggen: de stad van ‘niet lullen maar poetsen’ past me als de schoen van Assepoester. En ik ga hier nooit meer weg!
Jessica Walkley